Zorg dat je een ‘brandweerman’ hebt!

In 2003 liep ik de Marathon van New York. Eigenlijk was dit de eerste waarvoor ik serieus getraind had. Dacht ik. Als ik er nu op terugkijk zie ik het als jeugdige overmoet. Eigenlijk had ik me volstrekt onvoldoende voorbereid. Ik had geen idee waar ik mee bezig was of waar ik aan begon. Maar god wat was het gaaf om de Verrazano Bridge op te lopen. Frank Sinatra, kippenvel! De eerste 25 KM ging prima. Daarna begon de lijdensweg. First Avenue loopt omhoog. Wist ik niet. Het kan in november in New York 20 graden zijn. Wist ik ook niet. Het is best verstandig om te eten en te drinken onderweg. Wist ik niet, wist ik niet, wist ik niet. First Avenue duurde een eeuwigheid. Wat is die weg lang en breed. Harlem ging wel weer. Alleen het idee al om daar te lopen maakte me blij. De ultieme domper was echter central park. Heuvels! Wist ik niet, waren me nooit opgevallen. Ik had al een paar keer gewandeld na waterposten, maar in Central Park zag ik het echt niet meer zitten. Hele stukken gewandeld. Geen idee hoe ik weer op gang moest komen. Ik wilde stoppen. Echt stoppen. Kappen met die onzin. En toen stond daar ineens een grote brandweerman. Een brandweerman met een postuur zoals je dat alleen in de VS ziet. Hij stond vlak bij me. Hij pakte zijn megafoon en brulde….. C’mon man…. You can do it, you’ve come so far. You can do it man. Don’t give up now…. En verdomd. Ik kon het! Dit was geen brandweerman, dit was de Messias. Ik kon weer lopen! Halleluja! Ik heb hem uitgelopen binnen vier uur en ik moet nog vaak terugdenken aan die brandweerman. You can do it. 

Ik loop niet meer hard. Niet dat ik het niet kan, maar ik vind het niet leuk meer. Het gevoel dat ik ‘zweef’, dat het me echt totaal geen moeite kost, dat ik ongelimiteerde kracht in mijn lijf heb. Dat gevoel ga ik niet meer vinden in hardlopen. Daar kan geen New Yorkse brandweerman me meer bij helpen. Helaas, maar het is niet anders. Stoppen als iets niet meer lekker gaat is niet zo moeilijk, maar de verleiding weerstaan om helemaal niets meer aan beweging te doen is razend lastig als je Parkinson hebt. In mijn geval bleek ik een hele kudde brandweermannen nodig te hebben om weer te gaan bewegen. ’Mafkezen’ die in mij geloofden en me aanmoedigden om wat nieuws te proberen (ik boksen? Ik heb armen als spaghetti sliertjes) of om buiten mijn comfort zone te gaan (ik dansen? Ik ben toch geen ….. ?), of om over mijn vooroordelen heen te stappen (wandelen is toch iets voor ANWB bejaarden?). Nog steeds vindt ik het moeilijk om de eerste stap te zetten. Maar als ik het niet doe, dan krijg ik op mijn kop van brandweerman Nick (afzeggen is geen optie keiekop) of voel ik me schuldig ten opzichte van de vrijwillige brandweermannen – Gerard, Ed en Adriaan – die zoveel tijd in de boksclub steken of ben ik bang dat ik geen indruk meer maak op de mooiste brandweervrouw van het westelijk halfrond – Mieke. Ook realiseer ik me dat ik inmiddels zelf brandweerman ben geworden voor alle stoere Parkinson boksers die bij ons trainen. Die kan ik niet in de steek laten. C’mon man…. You can do it!